VOORKOMEN 2.10-5 % van de aardkost (tot 16 km diepte) bestaat uit antimoon; het is het 65e element in rangorde van voorkomen. De belangrijkste mineralen zijn: allemontiet | AsSb (met As of Sb) | boulangeriet | Pb5Sb4S11 | cervantiet | Sb+3Sb+5O4 | dyscrasiet | Ag3Sb | jamesoniet | FePb4Sb6S14 | kermesiet | Sb2S2O | livingstoniet | HgSb4O8 | pyrargyriet | Ag3SbS3 | senarmontiet | Sb2O3 | stibniet, antimoniet of grauwspiesglans | Sb2S3 | ullmanniet | NiSbS | valentiniet of antimoonbloed | Sb2O3 | wolfsbergiet | CuSbS2 | zinkeniet | Pb9Sb22S42 |
Antimoon wordt ook in gedegen toestand (als metaal) aangetroffen.
WINGEBIEDEN De belangrijkste wingebieden liggen in China, Rusland, Bolivia, Zimbabwe, Zuid-Afrika, Mexico, Kirgizië, Tadzjikistan, Australië, Chili, Thailand, Marokko, het voormalig Joegoslavië en Tsjechië.
NAAM De naam antimoon, die vanaf ca. 800 wordt gebruikt, is waarschijnlijk afgeleid van het Arabische al-uthmud, wat ‘spiesglans’ betekent, naar het glanzende karakter van antimoon. Volgens andere bronnen is antimoon afgeleid van het Griekse anthemonion, wat ‘bloesem’ betekent of van de Griekse woorden anti en monos, wat, vrij vertaald, ‘niet alleen’ betekent, omdat antimoon altijd tezamen met andere metalen werd gevonden. Het symbool Sb vindt zijn oorsprong in de oude Latijnse naam voor antimoon, stibium. Deze naam, afkomstig van het Griekse stibi, wat blijvend betekent, was reeds in de Oudheid bekend en is waarschijnlijk gegeven vanwege het ‘blijvende karakter’ van het als mascara gebruikte antimoonsulfide.
ONTDEKKING Antimoon was reeds bij de Babyloniërs en de Chinezen bekend. Niet alleen als metaal - er zijn gebruiksvoorwerpen gevonden uit 4000 v. Chr. -, maar ook als sulfide dat werd onder meer toegediend als geneesmiddel. Plinius beschreef de bereiding van het element antimoon middels reductie van het erts met kolen. De zwarte modificatie van antimoonsulfide werd al in de Oudheid gebruikt als mascara, een (vloeibare) kleurstof om oogharen en wenkbrauwen te kleuren. Het werd pas in de tachtiger jaren van de 20e eeuw vervangen door andere kleurstoffen. In de Middeleeuwen werd antimoon, onder andere door Paracelsus, aangeprezen als middel tegen alle mogelijke kwalen. Een aantal bereidingswijzen van antimoon of verbindingen daarvan wordt beschreven in "Currus triomphalis antimoniï" (vrij vertaald: "De zegekar van antimoon"), een boek dat rond 1470 door Basilius Valentinus werd uitgegeven. Zowel het element als het sulfide werden tot het eind van de 18e eeuw aangeduid als antimoon.
BEREIDING VROEGER Antimoon werd bereid door reductie van het sulfide (‘spiesglans’) met kolen.
BEREIDING NU Antimoon wordt op verschillende manieren bereid, bijvoorbeeld door – het smelten van ertsen met een hoog antimoongehalte met ijzer: Sb2S3 + 3 Fe → 2 Sb + 3 FeS – het reduceren van antimoonoxide (verkregen uit het sulfide door roosten, of uit vliegas) met koolstof: Sb2O3 + 3 C → 2 Sb + 3 CO – reductie van het chloride met waterstof: 2 SbCl3 + 3 H2 → Sb + 6 HCl, waarbij zeer zuiver antimoon wordt verkregen – elektrolyse van een alkalische Na3SbS4-oplossing. De wereldproductie bedraagt ongeveer 65.000 ton per jaar.
TOEPASSINGEN EN TOELICHTING Soldeer Voor soldeer worden lood-antimoonlegeringen gebruikt met 75 - 84 % lood, 14 - 20 % antimoon en 2 - 5 % tin. Het toevoegen van antimoon verhoogt de hardheid, terwijl het smeltpunt laag genoeg blijft om de legering als soldeer toe te passen.
Loodaccu Aan het lood van de platen van accu's wordt ongeveer 4 % antimoon toegevoegd om de hardheid en de corrosiebestendigheid te verhogen.
Glijlager Voor (glij)lagers wordt Brittania-metaal (een legering van 70 - 94 % Sn, 5 - 24 % Sb, tot 5 % Cu, soms Pb - tot 9 %) gebruikt of een legering van tin met antimoon (ca. 8 %) en koper (ca. 8 %).
Hagelkorrel Omdat loodkorrels te zacht zijn, wordt voor hagelpatronen in de jacht gebruik gemaakt van een legering van lood met 1,5 % antimoon.
Brandvertrager Als brandvertrager in kunststof en textiel wordt antimoontrioxide (Sb2O3) gebruikt. Deze stof verhoogt tevens de lichtbestendigheid van kunststoffen. Ook natriumantimonaat wordt toegepast als brandvertrager. PVC bevat 5 - 15 %; polystyreen 7 %.
Infrarooddetector Sommige halfgeleiders (onder meer gallium- en indiumantimonide; GaSb, InSb) zijn gevoelig voor infrarood licht en worden toegepast in infrarooddetectoren.
VERDERE TOEPASSINGEN Toepassingen als niet-ontleedbare stof (element) of als legering: Brittania-metaal (70 - 94 % Sn, 5 - 24 % Sb, tot 5 % Cu, soms Pb - tot 9 %); wordt toegepast als lagermetaal en voor ‘tinnen’ serviesgoed bescherm- en kleurlaagje op metaal halfgeleiders (zeer zuiver Sb) thermokoppels, thermostaat in koelkasten (Zn/Sb; Sb/Se) toevoeging aan metaal voor luidklokken
Toepassingen als ontleedbare stof (verbinding): bactericide | C6H5SbCl2 | doteren van halfgeleiders | SbH3 | geneesmiddel voor de behandeling van huidaandoeningen | SbCl3 | stibofeen, | Na5C12H4O16S4Sb.7H2O | en andere org. | antimoonverbindingen | braakmiddel; ophoesten van slijm kaliumantimonyltartraat, | KOOC(CHOH)2COOSbO | glaskleuring voor lampen (rood) | Sb2O3 | glas voor TV-buizen | Na3SbO4 | goudkleuren van glas of porselein | Pb3(SbO4)2 | halfgeleiders | PbSb | | GaSb | | AsSb | katalysator bij de bereiding van polyesters, PET | Sb2O3 | kleuren ('platen') van metaal brons | SbCl3 op Fe | zwart | SbCl3 op Zn | bruin, o.a. geweerkolven | Na3SbCl6 | lichtspoormunitie | Sb2S3 | parasietenbestrijding bij knaagdieren | natriumantimonylgluconaat | pigment voor verf, kunststof en gummi, glazuur en glas rood | Sb2S3 | geel | Sb2S5 | voor email, glas | Sb2O3 | voor glas | Na3SbO4 | spiegels (opdampen van een laagje Sb) | SbH3 | vulkaniseren van rubber (tevens geel pigment) | Sb2S5 | vuurwerk rode kleur | Sb2S3 | | Sb2S5 | bengaals vuur | Sb2(SO4)3 | vuursteentjes | Sb2S5 |
|