VOORKOMEN 9.10-11 % van de aardkost (tot 16 km diepte) bestaat uit radium; het is het 85e element in rangorde van voorkomen en één van de meest zeldzame elementen. Geringe hoeveelheden radiumverbindingen (ca. 300 mg/ton) komen voor in uraniniet, ook wel bekend als uraanpekblende, dat voornamelijk uit UO2 bestaat. Ook vindt men het in carnotiet {K2(UO2)2.V2 O8.3H2O}.
WINGEBIEDEN Radium komt als verbinding voor in uraanmineralen o.a. in Tsjechië (Joachimsthal; Jachymov), Democratische Republiek Congo, Noord-Canada en de Verenigde Staten van Amerika (Colorado en Utah).
NAAM De naam is afkomstig van het Latijnse woord radius, dat straal betekent. Dit vanwege de - radioactieve - straling, die dit element uitzendt.
ONTDEKKING Dit zeldzame element werd door H. Becquerel in 1898 ontdekt in uraanpekblende uit Joachimsthal (Jachymov). In hetzelfde jaar isoleerden Marie en Pierre Curie uit twee wagonladingen van het erts 100 mg radiumbromide (RaBr2). Zij gaven hun naam aan de (oude) eenheid van radioactiviteit: 1 Curie (Ci) = de hoeveelheid straling van 1 g 226Ra. Later werd deze eenheid vervangen door de Becquerel, waarbij 1 Ci = 3,7 1010 Bq.
BEREIDING VROEGER Eerst 12 jaar na de ontdekking en afscheiding van een zeer kleine hoeveelheid radiumbromide (RaBr2) slaagde M. Curie samen met A. Debierne er in zuiver radiummetaal te maken. Zij elektrolyseerden in 1910 een radiumchlorideoplossing met een kwikkathode. Uit het ontstane radiumamalgaam werd radium geïsoleerd door afdampen van het kwik bij 700 °C in een waterstofatmosfeer.
BEREIDING NU Zuiver radiummetaal wordt verkregen door reductie van het oxide met aluminium bij 1.250 °C in hoog vacuüm: 3 RaO + 2 Al → Al2O3 + 3 Ra
TOEPASSINGEN Radiumverbindingen worden gebruikt als neutronenbron, bijvoorbeeld bij het opstarten van een kernreactor.
|