Geboren : 18 september 1907 in Redondo Beach, Californië Amerikaans scheikundige en kernfysicus. Studie Hij studeerde in 1929 af aan het California Institute of Technology in Pasadena en promoveerde in 1932 aan de Princeton University.
Loopbaan Hij was vanaf 1932 verbonden aan de Berkeley University (Californië), achtereenvolgens als research fellow, research associate(1934), instructeur natuurkunde (1935), assistent (1936), geassocieerd hoogleraar (1941) en hoogleraar natuurkunde(1946 tot1973). Vanaf 1934 was hij lid van de staf van het Lawrence Radiation Laboratory. Hij werkte nauw samen met E. O. Lawrence die hij in 1958 opvolgde als directeur, een functie die hij tot 1973 bekleedde. Van 1942 tot 1946 was hij leider van de sectie transuranen van het Manhattan Project Metallurgical Laboratory van de universiteit van Chicago. Hij was lid van de National Academy of Sciences (vanaf 1947) en Fellow van deAmerican Society of Physics.
Belangrijkste werk In 1940 slaagde hij erin, samen met P. H. Abelson, neptunium te maken door het beschieten van uraniumkernen met neutronen in een cyclotron. In hetzelfde jaar verkreeg hij, samen met A. C. Wahl, G. T. Seaborg en J. W. Kennedy, het element plutonium als vervalproduct van neptunium, dat ontstond door het beschieten van uraan met deuteronen. Hij bouwde, onder meer met Oliphant, aan elementaire deeltjesversnellers als het synchroton en het synchrocycloton. In 1951 ontving hij, samen met G. T. Seaborg, de Nobelprijs voor scheikunde.
|